Orgel
Auteur oorspronkelijk orgel : P. van Peteghem (Gent)
Auteur portaal, doksaal & orgelkast : J. Bemindt (Ninove)
Bouwjaar : 1767
Ombouw : P.J. Vereecken (Gijzegem), 1855
Restauratie/renovatie : Loncke Orgelbouw bvba (Zarren), 1980
INSTRUMENT
Toestand in 1974, vóór de restauratie van 1980.
(cfr. de orgelinventaris van 1974)
INSTRUMENT
Dispositie
Gr.Org. :
Cornet 5r, Montre 8, Bourdon 16, Prestant 4, Bourdon 8, Doublette 2, Flute 4, Nazard, Fourniture 3r, Trompette 8 bas & sup., Clairon 4 bas
Positief :
Flute 8 (sup.), Gamba 8 (sup.), Flute 4, Doublette 2, Bourdon 8, Cromhorn 8 (sup.)
schuifkoppel Gr.Org./Pos.
manuaalomvang : C – f3
Pedaalomvang : C – f1 (aangehangen)
Klaviatuur
– van Vereecken; thans nieuw toetsbeleg (kunststof)
– pedaal vermoedelijk van L. Daem (Appelterre)
Pijpwerk
– Cornet thans gereduceerd tot 4 koren
– Montre 8 : 6 pijpen in het front
– Fourniture gereduceerd tot 1 koor
– uitbreiding met de tonen d#3, e3 & f3 door Vereecken
– frontpijpen met vergane tinfolie
– overal stemsleuven, niet-origineel
– de bas van de Bourdon 16 staat achter de orgelkast
– de bekers van de Clairon 4 zijn ingekort
– op het Gr.Org. is 1 tongwerk verdwenen
Windladen
– vermoedelijk van Vereecken
– doorspraak op het Gr.Org.
Tractuur
– wellenbord en abstracten vermoedelijk van Vereecken
– pedaal met pneumatische tractuur, vermoedelijk toegevoegd door L. Daem
Windvoorziening
– magazijnbalg, vermoedelijk van Vereecken
ORGELKAST
– het meubel van 1767 werd in de breedte uitgebreid door Vereecken
– oorspronkelijk opgesteld op doksaal achteraan in de kerk; na de kerkbrand in de zijbeuk (epistelzijde) gebracht
– de blindering is gedeeltelijk van Vereecken
– het Positief-kastje (2-voets) is vermoedelijk van Vereecken
Toestand na de restauratie van 1980 :
Een nieuw portaal en doksaal werden in de kerk van Denderleeuw opgericht door schrijnwerker Jozef Bemindt uit Ninove, in 1765; dezelfde Bemindt leverde ook een orgelkast, voor 260 gulden. In 1767-68 werd hierin een orgel gebouwd door Pieter van Peteghem (°1708-†1787) uit Gent.
In 1855 werden instrument en orgelkast verbouwd en uitgebreid door Petrus Joannes Vereecken (°1803-†1889), orgelmaker te Gijzegem.
In 1980 werd dit instrument gerenoveerd, met integratie van zowel het Van Peteghem- als het Vereecken-materiaal, en uitgebreid met een positief (rugwerk) en zelfstandig pedaal. Deze werken werden uitgevoerd door de firma “Loncke Orgelbouw” uit Zarren.
De ontwerpers waren arch. Stefaan Dejaegere, voor het technisch aspect bijgestaan door orgeldeskundige Gh. Potvlieghe (Meerbeke); tijdens de uitvoering der werken werd het toezicht overgenomen door A. Fauconnier (Zele).
Technische gegevens
GROOT ORGELPOSITIEF
Montre 8
Prestant 4
Prestant 4
Doublette 2
Bourdon 16
Bourdon 8
Cornet 5 r
Flute 8
Bourdon 8Flute 4
Doublette 2
Nazard 3
Flute 4
Cornet 2 r
Nazard 3
Fourniture 2 r
Fourniture 3 r
Kromhoorn 8
Trompette 8 / bas / sup.
Clairon 4 bas
Kromhoorn 8 sup.
Vox Humana 8
RECIETPEDAAL
Bourdon 8
Montre 8
Flute 8 sup.
Bourdon 16
Gamba 8 sup.
Prestant 4
Flute 4
Bombarde 16
Flageolet 2
Trompette 8
Musette 8
– voetbediende koppeling : Gr. Org. – Ped.
– schuifkoppel : Gr. Org. – Pos.
– tremulant (type “tremblant doux”)
manuaalomvang : C – f3
pedaalomvang : C – f1
diapason : A = 435 Hz
temperatuur : getemperde stemming
Tekst oorspronkelijk verschenen in
Gh. Potvlieghe : Het Historisch Orgel in Vlaanderen, (orgelinventaris) deel I, Provincie Oost-Vlaanderen,
uitg. Ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur, Rijksdienst voor Monumenten- en Landschapszorg, Brussel 1974;
zie blz. 25-26 & afb. X/9.